Bouwdefinities

Materialen zoals bitumen of EPDM, gebruikt om daken waterdicht te maken.

Houten platen of planken die de onderlaag van een dak vormen en waarop dakbedekking wordt aangebracht.

De structuur die het dak van een gebouw ondersteunt, vaak bestaande uit spanten, balken en liggers.

Speciaal ontworpen onderdeel waardoor leidingen, ventilatie of rookkanalen veilig door het dak kunnen gaan zonder lekkage.

Goot die langs de rand van een dak loopt om regenwater op te vangen en af te voeren.

Materiaal dat onder of op een dak wordt aangebracht om de warmte-isolatie van een gebouw te verbeteren.

Een extra verdieping of uitbreiding die op het bestaande dak van een gebouw wordt geplaatst.

Bedekking voor daken, vaak gemaakt van klei of beton, gebruikt om gebouwen waterdicht te maken.

Kleine, overlappende platen, vaak gemaakt van klei of beton, die worden gebruikt om daken te bedekken.

Grote platen van verschillende materialen zoals staal of kunststof, gebruikt voor dakbedekking.

Ruit of venster dat in het dak is ingebouwd, vaak gebruikt voor het toevoegen van natuurlijk licht aan zolderruimtes.

Een profiel dat de rand van een dak beschermt tegen waterindringing en zorgt voor een nette afwerking.

Rol van bitumen of ander waterdicht materiaal, gebruikt voor het afdichten van platte daken.

Houten of stalen driehoekige structuur die de basis vormt van een zadeldak.

Tent die op het dak van een voertuig kan worden gemonteerd, vaak gebruikt voor mobiele werkplaatsen.

Houtconstructie die de basis vormt van een dak, vaak bestaande uit spanten, gordingen en balken.

Aluminium of stalen randprofiel voor dakbedekking, voorkomt dat regenwater langs de zijkanten van het dak loopt.

Een materiaal dat wordt aangebracht om te voorkomen dat vocht door constructiedelen trekt.

Een barrière die wordt geplaatst om te voorkomen dat vocht de isolatielagen in een gebouw binnendringt.

Lange, verticale planken of panelen van hout, staal of beton, gebruikt om de grond te ondersteunen en te stabiliseren bij graafwerkzaamheden.

Elektrische zaag met een fijn, smal zaagblad voor het zagen van bochten en cirkels in hout, metaal, of kunststof.

Gereedschap gebruikt om afwateringsgoten of putdeksels te scheiden en te openen.

De bovenste laag van een vloerconstructie waarop de uiteindelijke vloerafwerking wordt aangebracht.

Machine gebruikt om vloeren glad en egaal te maken, vaak voor betonvloeren.

Een bouwmethode waarbij de gebruikte onderdelen eenvoudig kunnen worden gedemonteerd en hergebruikt.

Plafondsysteem dat eenvoudig te verwijderen of te vervangen is, vaak toegepast in kantoren of bedrijfsruimtes.

Schroevendraaier met speciale koppen voor het demonteren van complexe machines of apparaten.

Sleutel speciaal ontworpen voor het uit elkaar halen van bepaalde bouwcomponenten, zoals steigers of machineonderdelen.

Materiaal dat gebruikt wordt om geluidstrillingen te absorberen of te verminderen, vaak toegepast in vloeren, muren of machines.

Verzamelnaam voor alle onderdelen die bij een deur horen, zoals scharnieren, sloten en handgrepen.

Mechanisme dat ervoor zorgt dat een deur automatisch sluit, vaak gebruikt in publieke gebouwen.

Frame waarin een deur wordt geplaatst, vaak van hout, staal of kunststof.

Klein kijkgaatje in een deur, waarmee men kan zien wie er aan de andere kant staat.

Kleine objecten geplaatst op de vloer of muur om te voorkomen dat een deur tegen een wand of object slaat.

Cilindervormige pin, meestal van hout of metaal, die gebruikt wordt om twee stukken materiaal aan elkaar te bevestigen.

Boor speciaal ontworpen voor het boren van gaten voor deuvels bij houtconstructies.

Boor met een diamantpunt, gebruikt voor het boren in harde materialen zoals beton of natuursteen.

Trap waarbij de ruimte tussen de treden is dichtgemaakt, vaak toegepast in woningen.

Een elastisch materiaal dat wordt gebruikt om voegen of naden waterdicht af te sluiten.

Graafmachine met een lange arm die in staat is om diep te graven, vaak gebruikt bij funderingswerken.

Meetinstrument dat gebruikt wordt om de diepte van een gat, uitsparing of structuur te meten.

Zaag of mes dat gebruikt wordt voor het nauwkeurig snijden van materialen op een bepaalde diepte.

Een in de grond gevormde betonnen wand die als fundering of waterkering dient.

Aggregaat dat elektriciteit opwekt door middel van een dieselmotor, vaak gebruikt op bouwplaatsen zonder stroomvoorziening.

Hamer aangedreven door een dieselmotor, vaak gebruikt in heistellingen om palen in de grond te slaan.

Buizen met een dikke wand, vaak gebruikt voor zware constructies of drukleidingen.

Voegen in constructies die bewegingen door temperatuurwisselingen opvangen, bijvoorbeeld bij betonplaten of muren.

Systeem van panelen of platen die gebruikt worden om beton in te gieten en in de juiste vorm te houden tot het uitgehard is.

Anker dat door een muur of plaat gaat om zware objecten te bevestigen, zoals balkons of luifels.

Lange boor, gebruikt voor het maken van diepe doorgangen in muren voor leidingen of kabels.

Wand met een opening waardoor leidingen, kabels of ventilatiekanalen doorheen kunnen gaan.

Roterende schijf gebruikt op een slijpmachine om door harde materialen zoals metaal, beton of steen te snijden.

Een systeem dat wordt geplaatst om te voorkomen dat mensen door ramen of openingen vallen.

Een opening in een muur of plafond voor het doorvoeren van kabels, leidingen of ventilatie.

Lange boor die gebruikt wordt voor het boren van diepe gaten door wanden of vloeren voor leidingen of kabels.

Rubberen of kunststof ring waarmee leidingen of kabels veilig door wanden of vloeren worden geleid.

Gereedschap dat gebruikt wordt om bouten en moeren vast of los te draaien, met een speciaal opzetstuk (dop).

Schroevendraaier met een dop aan het uiteinde, gebruikt voor het vastzetten van zeskantschroeven.

Gereedschap voor het aandraaien of losdraaien van moeren en bouten, met een verwisselbare dop.

Staaf met schroefdraad over de volledige lengte, gebruikt voor bevestigingsconstructies in de bouw.

Fitting met schroefdraad, gebruikt voor het aansluiten van leidingen in sanitair of verwarmingsinstallaties.

Accuboormachine zonder snoer, gebruikt voor boor- en schroefwerkzaamheden.

Slijptol op accu, gebruikt voor het slijpen of doorslijpen van materialen zonder dat er een netsnoer nodig is.

Stalen roosters of matten, gebruikt als wapening voor beton of als hekwerk.

Gereedschap dat gebruikt wordt om draad of kabel onder spanning te brengen, vaak in hekwerken of bij het spannen van tenten.

Dunne stalen draden die vaak worden gebruikt voor het wapenen van beton of het maken van hekken.

Structuurelement dat als ondersteuning dient in bijvoorbeeld gevels of bruggen.

Opslagsysteem waarbij de liggers zijn bevestigd aan verticale kolommen, vaak gebruikt voor de opslag van lange materialen zoals balken.

Grote balk die gebruikt wordt voor de ondersteuning van vloeren of daken in een gebouw.

Verplaatsbare compressor, gebruikt voor het aandrijven van pneumatisch gereedschap op bouwplaatsen.

Het geheel van balken, kolommen en platen die een gebouw of constructie ondersteunen.

Stalen balk of kokerprofiel dat gebruikt wordt om zware lasten te dragen in een constructie.

De maximale belasting die een fundering of constructie veilig kan dragen zonder te bezwijken.

Een muur die een structurele last draagt, zoals vloeren of het dak.

Maximale last die een constructie of onderdeel veilig kan dragen zonder te bezwijken.

Pomp die gebruikt wordt voor het afvoeren van overtollig water, vaak toegepast bij bouwputten of kelders.

Buis met openingen die gebruikt wordt om water af te voeren, vaak in tuinen of ondergrondse constructies.

Multifunctioneel roterend gereedschap voor fijn slijpen, polijsten, en frezen.

Een verhoging bij de onderkant van een deur, vaak gebruikt om tocht en water tegen te houden.

Anker dat in de bodem van watergebieden wordt verankerd, vaak gebruikt bij drijvende bouwconstructies of platforms.

Boor die met een roterende beweging door hard materiaal zoals beton of steen boort.

Een bouwmethode waarbij weinig tot geen water wordt gebruikt, zoals het plaatsen van gipsplaten in plaats van metselwerk.

De tijd die nodig is voor een bepaald bouwmateriaal (zoals verf, pleister of beton) om volledig uit te harden.

Mengsel van zand en cement dat droog verwerkt wordt en daarna besproeid wordt om uit te harden.

Sluiting die werkt door middel van een drukknop, vaak toegepast op luiken, deuren of kleppen.

Stalen of betonnen plaat die gebruikt wordt voor het verdelen van lasten, vaak toegepast bij funderingen.

Apparaat dat de druk van gassen of vloeistoffen reguleert, vaak gebruikt in verwarmings- en waterinstallaties.

Meetinstrument dat gebruikt wordt om de drukspanning in materialen of constructies te controleren.

Gereedschap om vloeistoffen, zoals verf of chemicaliën, onder druk op een oppervlak aan te brengen.

De mate waarin een materiaal bestand is tegen krachten die erop drukken, zoals bij beton of isolatiematerialen.

Klep gebruikt in luchtsystemen om de druk te reguleren en te stabiliseren binnen een ruimte of installatie.

Apparaat dat de druk van een systeem verlaagt, vaak gebruikt in waterleidingen of gassystemen.

Twee glasplaten met een ruimte ertussen, vaak gevuld met gas, voor isolatie.

Ramen met twee lagen glas met daartussen een luchtdichte ruimte voor isolatie.

Zeer sterke, waterbestendige plakband, veel gebruikt voor reparaties of tijdelijke bevestigingen op bouwplaatsen.

Beton waarbij twee verschillende soorten beton worden gecombineerd voor verbeterde prestaties.

Een bouwfilosofie die gericht is op het minimaliseren van de impact op het milieu door het gebruik van duurzame materialen en energiebronnen.

Een certificering die aangeeft hoe energiezuinig en milieuvriendelijk een gebouw is.

Verplaatsbare steiger met wielen, gebruikt voor werkzaamheden op hoogte.

Steile trap zonder leuningen, vaak gebruikt voor tijdelijke toegang in bouwprojecten.